zaterdag, september 03, 2005

Buitenlandse politiek van een kandidaat-regeringspartij

Op dit ogenblik geven de opiniepeilingen aan dat de verkiezingen van 12 september in Noorwegen tot een zogenaamde rood-groene regering (Ap, SV en Sp) zouden kunnen leiden. De buitenlandse politiek van één van de partijen, zoals die beschreven staat in het verkiezingsprogramma, loopt echter over van het links-populisme en anti-amerikanisme.

Mia Doornaert nam deze morgen nog de Linkspartei van Oskar Lafontaine op de korrel, en dan in het bijzonder het anti-amerikanisme en de appeasement-politiek tegenover moslimextremisten. SV is echter in hetzelfde bedje ziek, maar maakt in tegenstelling tot de Linkspartei wél kans om deze maand in een nieuwe regering te stappen. Het dertiende hoofdstuk van haar verkiezingsprogramma beschrijft onder de titel «Vrede en solidariteit» hoe de partij vorm wil geven aan de buitenlandse politiek wanneer zij aan de macht komt.

De eerste paragraaf van het hoofdstuk bevat meteen al een klassieker die het bij Europees links altijd goed doet: kritiek op de pre-emptive strikes van de Verenige Staten. Deze kritiek wordt verder uitgewerkt in paragraaf 13.18, waar een Noorse terugtrekking uit de NAVO onder meer verantwoord wordt met het argument dat die organizatie de banden versterkt tussen Noorwegen en de Verenigde Staten, «op dit ogenblik het grootste gevaar voor de wereldvrede». Dat laatste staat er werkelijk, niet één keer, maar zelfs twee keer bijna vlak na mekaar:
NATO is reinforcing its military as well as political bonds to the currently greatest threat against World peace, the United States of America. […] The U.S. foreign policy is now what poses the greatest threat against World peace.
Over al-Qaeda wordt met geen woord gerept.

Een ander punt van kritiek is dat de Verenigde Staten zich niet willen schikken naar een aantal internationale afspraken, zoals het Verdrag van Kyoto en het International Strafhof van Den Haag. Dat is merkwaardig voor een partij die zich anderzijds wel zorgen maakt over het feit dat de soevereiniteit van sommige staten geschonden wordt door de buitenlandse politiek van de Verenigde Staten. Blijkbaar weegt de «soevereiniteit» van Irak en Afghanistan om onderdrukt te worden door Saddam Hoessein en de Taleban zwaarder dan de soevereiniteit van de VS om niet toe te treden tot het Verdrag van Kyoto als een parlementaire meerderheid dat zo beslist.

Is SV dan voor onderdrukking? Neen, want uit paragraaf 13.6 blijkt dat zij willen strijden voor de bevrijding van alle onderdrukten in de deze wereld. Tweemaal raden wie volgens SV de meeste schuld draagt voor onderontwikkeling en onderdrukking in de wereld, al vergeet SV jammer genoeg de recente verkiezingen in Irak en Afghanistan aan te voeren als bewijsmateriaal. Interessanter is dat de partij erkent dat de bevolking zélf moet kunnen beslissen over haar ekonomische en politieke ontwikkeling:
The struggle for people themselves to be able to decide on their economic and political development is therefore decisive for economic and political progress.
Waarbij opgemerkt moet worden dat dit natuurlijk niet geldt voor de VS en het Verdrag van Kyoto, doch dit terzijde. De partij wil dus samen met de onderdrukten strijden tegen de onderdrukkers, en daarom wil ze tegenmaatregelen nemen om de gevolgen van het Amerikaanse embargo op de Cubaanse maatschappij te reduceren. Gaat Noorwegen eerlang ook goedkoop olie exporteren naar Cuba, net zoals Venezuela, om het régime te ondersteunen? Voor de slechte verstaanders: SV is van mening dat niet Castro maar de Verenigde Staten de onderdrukkers van de Cubaanse bevolking zijn.

Zal SV deze buitenlandse politiek, die bol staat van de kritiek op de Amerikaanse boeman, maar tegelijkertijd de verdediging opneemt van de kleine dictator voor zover die zich in het anti-amerikaanse kamp bevindt, ook in de praktijk willen omzetten? Historisch is het zo dat net onvrede met de buitenlandse politiek van de Arbeiderspartij geleid heeft tot de stichting van de partij. In 1961 stichtte een groepje rond het krantje Orientering de Socialistische Volkspartij, die later uitmondde in de huidige Socialistische Partij van Links (Sosialistisk Venstreparti, SV). Strijdpunten waren een terugtrekking van Noorwegen uit de NAVO, en tegenstand tegen de toetreding tot de Europese Unie. Het huidige verkiezingsprogramma is dus historisch goed verankerd in de partij, en een opgave van deze twee strijdpunten raakt de kern van de partij-ideologie. Anderzijds is het zo dat de grote broer in de rood-groene coalitie, de Arbeiderspartij, een uitgesproken voorstander is van toetreding tot de Europese Unie en geen problemen heeft met de NAVO. Voorzitster Kristin Halvorsen heeft daarom al verscheidene malen de standpunten van de partij mondeling afgezwakt, uiteraard tot grote ergernis van de harde kern van de partij. Indien er na 12 september daadwerkelijk een rood-groene regering komt, zal het dus zeer de vraag zijn wat voor SV belangrijker is: regeringsmacht, of vasthouden aan enkele van de basisprincipes van de partij.

Geen opmerkingen: