woensdag, september 24, 2008

Na de V ook de D weg uit CD&V?

Zetelverdeling voor de regering-Leterme IœJe moet echt wel een tsjeef van formaat zijn om volgende redenering zonder een krimp te geven uit je mouw te kunnen schudden: wanneer een journalist je er op wijst dat de regering-Leterme I½ aan Vlaamse zijde geen meerderheid meer heeft, de schuld daarvoor in de schoenen van je voormalige kartelpartner steken, en concluderen dat er dús geen vuiltje aan de lucht is.

Als er morgen verkiezingen zouden gehouden worden, vrees ik dat Yves Leterme zelfs geen 800 stemmen meer zou halen in Vlaanderen, laat staan 800.000. De reeks slechte leugens en stuitende ongerijmdheden die de laatste dagen over de Vlaamse bevolking werden uitgestort vanuit de Wetstraat 16 tarten werkelijk elke verbeelding, maar het moet gezegd, Yves Leterme is de enige niet. Zoals David Geens reeds op zijn blog aanhaalde kan ook CD&V-partijvoorzitster Marianne Thyssen er wat van. Ook volgens haar is er immers geen vuiltje aan de lucht, want toen het regeringsakkoord gesloten was er wél een meerderheid aan Vlaamse zijde. Wat dan nog het nut is van vertrouwensstemmingen of al die andere stemmingen in het Parlement tout court ontgaat me dan wel volledig, maar het zal wel weer aan mij liggen.

Maar laten we misschien toch even voortborduren op de redenering van Yves Leterme. In essentie komt ze er namelijk op neer dat als de N-VA wil verhinderen dat een anti-Vlaamse regering op federaal niveau de plak zwaait, ze die regering dan maar moet steunen ook al is ze het met het beleid van die regering niet eens. Die redenering kan natuurlijk ook perfect omgedraaid worden: als de Franstaligen niet willen dat de Vlamingen eenzijdig de splitsing van Brussel-Halle-Vilvoorde goedkeuren, dan moeten ze die splitsing maar mee goedkeuren natuurlijk, ook al zijn ze het er niet mee eens. Benieuwd of Letermes redenering ook in die richting zal kunnen werken, maar ik heb er zo mijn twijfels over…

dinsdag, september 23, 2008

Hardnekkig… aan zijn stoel vastgeplakt

Yves LetermeIn een interview met de RTBf zei Yves Leterme vanavond dat hij na het vertrek van kartelpartner N-VA de bladzijde al omgedraaid heeft. Veel tijd heeft hij daar duidelijk niet voor nodig gehad: verleden week zei hij nog de felste verdediger van het kartel te zijn bij zijn terugkeer uit Sotsji, maar amper een paar dagen later geeft hij liever het kartel op dan zijn postje.

Wie gelooft die mens nog? Volgens Het Belang van Limburg en de Gazet van Antwerpen koos CD&V zondag aanvankelijk voor het kartel, maar weigerde Yves Leterme ontslag te nemen. Als het niet waar zou zijn, is het in ieder geval bijzonder geloofwaardig. Blijkbaar beseft men dat bij de CD&V ook, want de partij doet zelfs nog geen geloofwaardige poging om het verhaal te ontkrachten. De gebeurtenissen van de laatste dagen plaatsen het schijnontslag van twee maanden geleden in ieder geval in een bijzonder merkwaardig licht.

Laten we toch eventjes terugspoelen naar hoe de regering-Leterme I ook al weer tot stand is gekomen, inclusief de interim-regering-Verhofstadt III. Yves Leterme herinnert het zich waarschijnlijk niet meer, maar er is een tijd geweest dat hij verklaarde niet in een federale regering te willen stappen zonder een staatshervorming en een splitsing van Brussel-Halle-Vilvoorde. Dat bleek niet mogelijk, en daarom moest de regering-Verhofstadt III opgezet worden als glijmiddel om de CD&V in een federale regering te loodsen zonder staatshervorming of splitsing van Brussel-Halle-Vilvoorde. En eens Yves Leterme zélf in de Wetstraat 16 geïnstalleerd was veranderde de toon wel heel radicaal: van geen regering zonder voorafgaande splitsing van Brussel-Halle-Vilvoorde naar geen val van de regering omwille van Brussel-Halle-Vilvoorde. De staatshervorming werd ondertussen op alle mogelijke en onmogelijke manieren zover mogelijk van de regeringstafel gehouden – vanavond pakt hij er zelfs mee uit als ware het één van zijn grootste verwezenlijkingen van de afgelopen maanden!

Komt het hardnekkig vastklampen van Yves Leterme aan zijn postje dan compleet uit de lucht gevallen? Helemaal niet, en de N-VA heeft zelfs meer dan één waarschuwing gekregen het afgelopen jaar. Mag ik even een citaat van een half jaar geleden uit de kast halen?
Wij laten ons niet gijzelen. Ik vind het spijtig dat soms te sterk de nadruk wordt gelegd op symbolen. Ik ga voor rationaliteit. Daarom zeg ik in alle duidelijkheid: als de N-VA in juli om de verkeerde redenen vindt dat de staatshervorming niet genoeg is, dan nemen wij onze verantwoordelijkheid op.
Aan het woord: Yves Leterme, in een interview met de krant Het Belang van Limburg. O ja, vanavond verweet hij de N-VA op de RTBf dat ze, inderdaad, haar «verantwoordelijkheid» niet wou nemen. Om mezelf eens te citeren, ook een half jaar geleden:
Het zal wel aan mij liggen, maar telkens een CVP'er, pardon, CD&V'er het heeft over «verantwoordelijkheid opnemen», krijg ik de kriebels.
Misschien heeft Bart de Wever ondertussen ook al last van datzelfde syndroom?

Zou ik trouwens de enige zijn die in Yves Leterme meer en meer de trekken van Guy Verhofstadt begint te herkennen? Hoe is de «hardnekkigheid» van Yves Leterme eigenlijk anders dan het «voluntarisme» van zijn voorganger, een goedgevonden woord om te camoufleren dat men werkelijk alles overheeft en desnoods zowel kartel, partij, vrouw, kinderen, moeder en beide grootmoeders wil overleveren aan de Franstaligen om toch maar op die stoel van Eerste Minister te mogen blijven zitten? In retoriek zijn de twee amper nog van mekaar te onderscheiden, want Yves Leterme beloofde vanavond ook een «sterke en heldere regeerverklaring», hoewel niemand nog snapt waarom die man niet gewoon de eer aan zichzelf houdt. Guy Verhofstadt zou het niet beter gekund hebben.

Ondertussen lijkt men het er in de media over eens te zijn dat de regering-Leterme I geen lang leven meer beschoren zal zijn. Zou het? De ene meent dat de CD&V al een afspraak met de Franstalige partijen heeft om de regering later in de herfst over Brussel-Halle-Vilvoorde te laten vallen, terwijl anderen denken dat er in juni samen met de regionale verkiezingen ook federale verkiezingen zullen gehouden worden. Ik moet het eerst nog zien gebeuren voor ik het wil geloven. CD&V heeft er alvast geen belang bij: zij riskeren niet alleen regionaal maar ook federaal een pandoering te krijgen en opnieuw in de oppositie te belanden. Bij Open Vld zouden ze liefst van al nog de verkiezingen gewoonweg willen afschaffen, want voor hen kan er alleen maar herrie van komen. En of één van de Franstalige partijen zit te springen om de inzet van juni 2009 te verdubbelen betwijfel ik ten zeerste. En dan hebben we het nog niet over Yves Leterme zelf gehad, die hoe dan ook zijn ontslag niet zal willen indienen – nu niet, en in 2009 ook niet. Naar een reden hoeft niet ver gezocht te worden, want hij zal ongetwijfeld van zichzelf vinden dat hij goed bestuur aflevert, en dat hij zijn verantwoordelijkheid wil opnemen. Hardnekkig.

zaterdag, september 20, 2008

Vlaams Kartel houdt (voorlopig) stand

Alle peilingen Vlaamse peilingen sedert 1 januari 2006Een nieuwe peiling van Le Soir/RTBf gaf begin deze week aan dat het Vlaams Kartel van CD&V en N-VA voorlopig nog stand houdt. Maar hoeveel is die peiling eigenlijk vandaag nog waard, nu de politieke situatie (nog maar eens) totaal veranderd is?

Alle peilingen Vlaamse peilingen sedert 1 januari 2006Een eerste vaststelling wanneer we de resultaten van deze peiling doornemen is inderdaad dat het Vlaams Kartel van CD&V en N-VA een score van om en bij de dertig procent kan behouden, niettegenstaande alle interne tegenstellingen, zowel binnen de twee partijen als tussen de twee partijen. Hoe is dit mogelijk?

Mijn verklaring is dat het Vlaams Kartel tot nu toe in de peilingen heeft kunnen profiteren van die interne tegenstellingen, die zorgen voor een onduidelijkheid waardoor de aanhang van de verschillende strekkingen voorlopig nog niet heeft moeten afhaken. De situatie kan een beetje vergeleken worden met Schrödingers kat uit de kwantummechanica. Grosso modo kunnen er binnen het kartel immers drie strekkingen onderscheiden worden: een strekking die de communautaire dialoog al opgegeven heeft, een strekking die het toch nog eens opnieuw wil proberen, ook al gelooft men er niet echt meer in, en een strekking die een staatshervorming alleen maar onzin vindt en zich liefst alleen maar met de sociaal-economische problemen in België zou willen bezighouden. Zolang het Kartel geen ultieme beslissing heeft moeten nemen over welke richting het zal uitgaan met de regering-Leterme I, kunnen de aanhangers van alle drie de strekkingen zonder veel problemen in een opiniepeiling antwoorden dat ze nog steeds hun vertrouwen geven aan het Vlaams Kartel. Daar kan morgen (zondag) echter al grote verandering in komen als het Kartel uit de federale regering stapt of scheurt, of die toestand kan nog een tijdje aanhouden als Yves Leterme ook deze keer weer een «creatieve» oplossing vindt om de kool en de geit te sparen, zoals op 14 juli.

Wat echter ontegensprekelijk vaststaat is dat er vroeg of laat verkiezingen zullen gehouden moeten worden, en dat het Kartel op dat ogenblik kleur zal moeten bekennen, net zoals Schrödingers kat op het ogenblik van de waarneming ofwel dood ofwel levend moet zijn, en zich niet meer in een toestand tussenin kan bevinden. Dat betekent meteen ook dat een deel van hen die vandaag nog achter het Vlaams Kartel staan, helemaal geen zekere kiezers zijn, en dat is een fundamenteel gegeven voor àlle opiniepeilingen tot het Vlaams Kartel een duidelijke keuze heeft gemaakt in het communautaire dossier. Dat heeft ook twee grote gevolgen: ten eerste dat het nogal onzinnig is grote conclusies vast te knopen aan de score van het Kartel in deze opiniepeiling, en ten tweede dat zelfs met een peiling onder honderdduizend Vlamingen een opiniepeiling vandaag amper iets zegt over de uitslag van de komende verkiezingen. Het plaatst trouwens ook meer dan één vraagteken bij de scores van de andere partijen.

Dat betekent echter niet dat de andere partijen rustig achterover mogen leunen, ook al doen ze het in deze peiling niet goed. Vlaams Belang doet het ronduit slecht, maar ook sp.a-Vl.Pro kan moeilijk tevreden zijn met een uitslag van om en bij de vijftien procent. En ik kan me moeilijk voorstellen dat ze maandag bij Open Vld de champagnekurken hebben laten ploffen, want de achteruitgang vergeleken met de verkiezingen van meer dan een jaar geleden kan moeilijk ontkend worden.

Alle peilingen Vlaamse peilingen sedert 1 januari 2006Alleen bij Groen!, en meer nog bij Lijst Dedecker, kan men tevreden zijn met de resultaten van deze peiling. Lijst Dedecker registreert immers meer dan een verdubbeling vergeleken meer de laatste verkiezingen. Er zit echter een serieuze angel aan het succes van de partij in de opiniepeilingen: sommigen willen in hun ijver om het Vlaams Belang in een crisis te duwen Lijst Dedecker al een score van vijfien procent aanmeten. Zelfs al gaat de partij er stevig op vooruit, riskeert ze zo psychologisch toch de verkiezingen te verliezen als ze niet ver genoeg boven de drempel van tien procent uitkomt.

zaterdag, september 13, 2008

Hoe betrouwbaar is Lijst Dedecker?

Jean-Marie DedeckerLijst Dedecker stelt zich graag als een salonfähig alternatief voor het Vlaams Belang voor dat nog altijd in een cordon sanitaire gevangen zit. De vraag is echter of Lijst Dedecker niet eerder een rechtse variant van SPIRIT –nu VlaamsProgressieven– is, een vehikel om het grote boegbeeld aan een ministerspost te helpen, geholpen door enkele mindere goden die in zijn slipstream hopen enkele mandaten te kunnen meepikken.

De partij SPIRIT werd, net zoals de N-VA, opgericht na de explosie van de Volksunie in twee grote brokken, en had als boegbeeld Bert Anciaux. Ideologisch had de partij niet bepaald veel kleren om het lijf, wat onder meer al tot uitdrukking kwam in de naamkeuze voor de partij, een backroniem, en hoewel de partij zichzelf een links-liberaal jasje wou aanmeten, is het waarschijnlijk correcter de ideologie te omschrijven als anciauxisme: het was vooral de persoonlijke mening van Bert Anciaux die het partijstandpunt bepaalde. Die laatste had trouwens met de partij vooral één doel klaar voor ogen: ervoor zorgen dat hij zijn ministerportefeuille kon bewaren, wat nog lukte ook, onder meer door een kartel aan te gaan met de sp.a. In 2007 kwam echter de ontnuchtering door de zware verkiezingsnederlaag van het kartel sp.a-SPIRIT, en vandaag heeft de partij zelfs geen vertegenwoordiger meer in de federale Kamer. In april van dit jaar wou de partij door een naamsverandering zichzelf een nieuw elan geven, maar voorlopig ziet het er niet naar uit dat de partij electoraal nog enige rol van betekenis zal kunnen spelen, en is het zeer de vraag of Bert Anciaux na de verkiezingen van 7 juni 2009 wel aan zal kunnen blijven als minister als hij vasthoudt aan de scheidingslijn tussen sp.a en de VlaamsProgressieven.

De ontstaansgeschiedenis van Lijst Dedecker is niet helemaal dezelfde, maar heeft toch enkele punten van overeenkomst. Jean-Marie Dedecker werd na een jarenlange aanslepende ruzie net zoals Hugo Coveliers uit de Open Vld gezet, probeerde zich aan uit te sluiten bij de N-VA maar botste er op het njet van het ACW via kartelpartner CD&V, en zag zich uiteindelijk genoodzaakt een eigen lijst op te richten voor de verkiezingen van 2007. Vlaams Belang had hem graag in zijn rangen opgenomen, desnoods via het achterpoortje van kartelpartner VLOTT of met LDD als derde kartelpartner in een Forza Flandria-constructie, maar daar wou Jean-Marie Dedecker niet van weten. Meer zelfs, na de oprichting van zijn eigen partij ging Jean-Marie Dedecker in de mandatarissenvijver van het Vlaams Belang vissen, en wist onder meer Jurgen Verstrepen aan de haak te slaan, al werden er ook drenkelingen uit andere partijen, zelfs uit de sp.a met Mimount Bousakla, aan boord gehaald. Ideologisch stelt de partij zich rechts-liberaal of libertair op, en gebruikt de slogan «Gezond verstand» om dat te onderstrepen. Wat dat rechts-liberalisme precies inhoudt is niet altijd even duidelijk, maar opvallende elementen zijn de vrijheid van meningsuiting, de afbouw van de staat en reductie en vereenvoudiging van het belastingstelsel. Ethisch stelt de partij zich bijzonder «progressief» op, is ze tegen de strenge rook- en verkeerswetgeving –en sommigen van haar mandatarissen, Jean-Marie Dedecker incluis, nemen zich zelfs regelmatig de vrijheid de bestaande wetgeving aan hun voeten te lappen–, maar in andere dossiers eist de partij dan weer een strengere wetgeving en rechtspraak, en wat corruptiezaken betreft probeert de partij duidelijk haantje-de-voorste te zijn.

Idelogisch staat de partij er dus nog niet, en vaak heeft men de indruk dat, net zoals de ideologie van SPIRIT best omschreven kon worden als anciauxisme, de ideologie van Lijst Dedecker niet veel meer is dan een dedeckerisme, de denktank Cassandra en het lidmaatschap van Boudewijn Bouckaert ten spijt. Die laatste moest dat trouwens al eens op een pijnlijke manier ondervinden toen hij in een interview met Knack pleitte voor het doorbreken van het cordon sanitaire bij de gemeenteraadsverkiezingen van 2012: hij werd prompt teruggefloten door Jean-Marie Dedecker met de dodelijke one-liner dat «politiek nog wat anders is dan professorale hersenspinsels».

En Boudewijn Bouckaert is de enige niet die al moest ondervinden dat het soms toch beter is eerst eens met de voorzitter te telefoneren vóór men uitlatingen doet in een kranteninterview (een beetje zoals die andere voorzitter in een andere partij ooit ook eens eiste). Zo dacht Isabelle van Laethem, voorzitster van Jong Gezond Verstand, de jongerenafdeling van LDD, in een interview met de krant De Zondag zomaar haar beklag te kunnen doen over de slagzin «Met België als het kan, zonder als het moet», en wou dat de partij duidelijk en onomwonden voor Vlaamse onafhankelijkheid zou kiezen. Zij werd prompt op het matje geroepen, en kreeg van Jean-Marie Dedecker te horen dat het partijstandpunt toch wel meer dan duidelijk genoeg is. Iedereen weet natuurlijk dat dat standpunt helemaal niet duidelijk is, en meer zelfs, bewust onduidelijk is en gehouden wordt omdat Jean-Marie Dedecker de mogelijkheid achter de hand wil houden om vroeg of laat een Franstalige vleugel te kunnen oprichten. Kiest de partij onvoorwaardelijk voor Vlaamse onafhankelijkheid, kan Jean-Marie Dedecker het in Franstalig Brussel en Wallonië wel schudden met een Liste Dedecker en de mogelijkheden die zo'n Franstalige vleugel zou kunnen bieden.

Het is het enige institutionele thema niet waar de partij bewust een zekere onduidelijkheid over wil blijven bewaren. Zo hangt de partij ook het republicanisme aan, maar is de partijvoorzitter ten zeerste verontwaardigd wanneer het Paleis hem «vergeet» uit te nodigen om eens op de koffie te komen in verband met de regeringsonderhandelingen. En toont hij zich enkele weken later blij als een kind wanneer het de koning dan toch eens beliefd heeft hem te ontvangen om hem naar zijn mening te vragen. Niet dat het allemaal veel verschil maakte, maar de erkenning tot de groten te behoren, de media-aandacht, en de kans om voor de rollende camera's nog eens te onderstrepen hoeveel nuttiger een stem voor LDD wel is vergeleken met een stem voor Vlaams Belang, dat wil de republikein zich niet laten ontzeggen. En dat hij in één moeite door het Paleis duidelijk heeft kunnen maken dat hij ondanks zijn ideologisch republicanisme opportunistisch er niet vies van is om eens een gezellige babbel te doen met een gekroond hoofd –versta, en later zich ook de eed te laten afnemen– is ook al mooi meegenomen.

Het laatste brengt ons trouwens meteen ook bij de cruciale vraag over Jean-Marie Dedeckers houding tegenover het Vlaams Belang en het cordon sanitaire: is zijn dubbele houding tegenover het cordon sanitaire, door er enerzijds in woorden tegenstander van te zijn, maar anderzijds in daden een bestendiger van te willen zijn, ingegeven door een ideologische afkeer, of een opportunistische afkeer om zijn kansen op een toekomstige ministerportefeuille gaaf te houden? Laten we niet vergeten dat Jean-Marie Dedecker uiteindelijk niet zelf uit de Open Vld is opgestapt, maar buitengezet moest worden, en er daarbij zijn beklag over deed dat hij verraden werd door zijn ex-partijgenoten die hem toch wel een ministerpost hadden beloofd. Laten we ook niet vergeten dat op het moment van zijn toetreding tot de N-VA het uitzicht op een N-VA-ministerpost voor Jean-Marie Dedecker bijzonder tastbaar was, indien niet concreet beloofd, en hij ook daar uiteindelijk buitengezet moest worden. Lijst Dedecker maakt er een sport van om met de regelmaat van de klok het ontslag te eisen van zowel Vlaamse als federale ministers, maar zelf heeft Jean-Marie Dedecker nog nooit verzaakt aan een mandaat of de mogelijkheid op een mandaat omwille van principiële of ideologische redenen. Ik heb problemen om me voor te stellen dat Jean-Marie Dedecker nog liever in de oppositie zou blijven zitten dan zijn programma te verkopen om samen met de PS, sp.a of Groen! in een regering te stappen. Maar ik kan me natuurlijk vergissen.

Ik twijfel niet aan de oprechtheid van de vele militanten van Lijst Dedecker: er bestaat wel degelijk een gat in de Vlaamse politieke markt tussen Vlaams Belang en de traditionele partijen, een gat dat trouwens zowel door het Vlaams Belang als die traditionele partijen vaker onbewust dan bewust in stand gehouden wordt. Hetzelfde geldt voor een pak van de mandatarissen die zijn komen overgelopen zowel uit de ene als de andere hoek. Maar de klacht van Guy Geens, gewezen voorzitter van Lijst Dedecker Limburg, dat er een aanhoudende sfeer van postjespakkerij zou bestaan in de lokale afdeling kan niet bepaald ophefmakend nieuws genoemd worden. Dat die toestand uniek voor Limburg zou zijn en dat nationaal voorzitter Jean-Marie Dedecker daar niet op de hoogte van zou zijn is al een stuk minder geloofwaardig. Maar indien Lijst Dedecker na de verkiezingen van 2009 op de wip belandt, zullen we volgend jaar rond deze tijd misschien al het antwoord kennen op de vraag in de titel en veel beter weten wat voor vlees er precies schuilt in de LDD-kuip.

vrijdag, september 12, 2008

Sven Gatz wil in een leeg zwembad duiken

Sven GatzOp zijn blog beklaagt Sven Gatz er zich over dat de N-VA geen gat in de lucht sprong van vreugde na de reactie van de Franstaligen op de nota-Peeters. «Men moet in het water springen om te leren zwemmen en niet pruilend aan de kant blijven staan met het excuus dat men zijn zwembroek is vergeten,» leest hij Geert Bourgeois en Bart de Wever de les, maar stapt hij wel een beetje licht over dat kleine detailletje dat het probleem niet echt is dat de N-VA haar zwembroek vergeten is, maar dat de Franstaligen het zwembad hebben laten leeglopen.

Beginnen we toch maar even bij het begin met de zwembad-metafoor van Sven Gatz. In juli stelde Yves Leterme vast dat er met de Franstaligen echt geen zwempartijtje in zat, en dus huurde het Paleis drie redders in die eigenlijk als voornaamste opdracht hadden ervoor te zorgen dat vooral Koning Albert II droge voeten kon blijven houden – of dat nu betekende dat de Franstaligen alsnog mee in het onderhandelingsbad kropen, of de Vlamingen aan de kant zouden blijven staan zonder dat de Kroon in het water zou belanden. Zoals te verwachten viel, hebben de drie redders deze zomer vooral in de graskant in de zon gelegen.

Eind augustus kon Vlaams Minister-President Kris Peeters de toestand niet langer aanzien, en liet hij op eigen initiatief het zwembad met fris water vollopen om daarna de Franstaligen, en dan in het bijzonder zijn Franstalige tegenhanger Rudy Demotte, uit te nodigen voor een frisse duik. Aanvankelijk reageerde de Franstaligen verdeeld en raakten zelfs met mekaar slaags aan de rand van het zwembad. Uiteindelijk vonden ze echter hun eensgezindheid weer terug, en lieten op een professionele wijze het zwembad in een mum van tijd weer leeglopen. Meer zelfs, één van hen, Olivier Maingain, plaste nog eens nadrukkelijk in de droge put door de uitbreiding van Brussel en de benoeming van de drie Franstalige burgemeesters in de Vlaamse Rand te eisen. Hoeft het te verwonderen dat de N-VA niet bepaald happig is om haar nek te breken door een flukse duik vanaf de zeven-meter-springplank?

Ergerlijker is echter dat zowel Open Vld als sp.a ondertussen aan de kant de grootste komedie staan op te voeren door te doen alsof het zwembad nog steeds tot aan de rand met fris water gevuld is, en veinzen dat ze staan te popelen om een duik te maken. Alleen… N-VA en Kris Peeters moeten van hen wel met hen meespringen, ja, ze moeten zelfs éérst springen en liefst ook nog hun ogen sluiten en de neus dichtknijpen ook. En ze verwijten die twee bovendien onredelijkheid als ze dat niet meteen én met veel enthousiasme willen doen. De vraag is alleen: wat houdt hen eigenlijk tegen om samen met Groen! in de federale Kamer een alternatieve meerderheid samen te stellen –was het niet de sp.a die Groen! de toegang tot het zwembad ontzegde?– om alsnog samen met de Franstaligen een frisse duik in dat toch zo uitnodigende zwembad te nemen? De Vlaamse kiezer zal in dat geval ongetwijfeld de heldhaftigheid en de moed van de Open Vld en de sp.a op prijs weten te stellen, en de twee partijen met een enorme verkiezingsoverwinning belonen op 7 juni 2009, ook al gaat het op die dag om regionale verkiezingen die in principe niets, maar dan ook niets met de federale staatshervorming te maken hebben. Onbegrijpelijk dat die twee partijen zo'n kans zomaar laten liggen.

zondag, september 07, 2008

Nota-Peeters vergeefse moeite

Kris PeetersNog geen vierentwintig uren oud was ze, en het werd al duidelijk dat ook de nota-Peeters vergeefse moeite was om een serieus gesprek aan te kunnen vatten met de Franstaligen. In een eerste reactie wilden ze zich immers niet door de Vlamingen laten dicteren wie er wel en wie er niet in hun delegatie mocht zitten, maar na een (voorlopig eerste) aanpassing van de nota dicteerde Didier Reynders plots wel dat Yves Leterme ook aan tafel moest zitten, of hij zou zijn kat sturen. Diezelfde Didier Reynders overigens die er in juli nog met een lang gezicht bijliep omdat hij toen door de Vlamingen geweerd werd.

Het bovenstaande stukje totentrekkerij dat Didier Reynders opvoerde naar aanleiding van de nota-Peeters spreekt boekdelen, en toont duidelijk aan dat de Franstaligen nog steeds het gevoel hebben dat ze het zich perfect kunnen veroorloven grandioos met de voeten van de Vlamingen te spelen. Immers, in juli dachten de Vlamingen nog dat de Franstaligen het eindelijk begrepen hadden en we afstevenden op een dialoog van gemeenschap tot gemeenschap, dat wil zeggen: één tussen Kris Peeters en zijn Franstalige collega Rudy Demotte. De nota-Peeters maakte echter een opening voor een dialoog waarbij ook Brussel vertegenwoordigd is aan beide zijden van de tafel, zij het met een klein omweggetje, én zorgt ervoor dat ook Didier Reynders kan deelnemen aan de gesprekken in zijn hoedanigheid van federaal Minister van Institutionele Hervormingen. En dat laatste dus enkel en alleen maar omdat de MR in de verscheidene deelregeringen in de oppositie zit maar toch graag mee zou willen praten over de staatshervorming.

De vraag die men zich ondertussen aan Vlaamse zijde moet stellen, en die met het partijcongres van de N-VA op 21 september prangend op de voorgrond komt, is in hoeverre er met de Franstaligen de komende weken en maanden echt een ernstig gesprek gevoerd zal kunnen worden over een staatshervorming. Het schouwspel beneden de taalgrens kan daar eigenlijk weinig twijfel over laten bestaan, en N-VA-partijleden die op 21 september wensen verder te gaan met de regering-Leterme I –al dan niet «met de dood in het hart»– riskeren bij hun kiezers twijfel te zaaien over hun politieke, strategische en niet in het minst ook intellectuele capaciteiten in hun bovenkamer. De Franstaligen geven immers sterk de indruk dat zij voorlopig nog niet van plan zijn de komende gesprekken op iets zinvols te laten uitdraaien, en dan zeker de eerste jaren niet.

Jaren? Wanneer men vandaag aan Franstalige zijde «belooft» dat de Vlamingen vóór de komende regionale verkiezingen niets hoeven te verwachten, kunnen alleen kerstekinderen aan Vlaamse zijde verwachten dat er binnen twee jaar wél een grote staatshervorming uit de hemel zou komen gevallen. Hoewel: Herman van Rompuy schijnt tot die groep kerstekinderen te behoren, want, zeer ambitieus als hij is, hoopt hij dat er vóór de verkiezingen misschien toch al wel voorakkoorden zouden kunnen gesloten worden. Voorakkoorden! Gaan we op dat élan verder, kunnen de eerste wetsvoorstellen misschien al tegen de zomer van 2011 geformuleerd worden, tegen de lente van 2017 ingediend, en ergens in de loop van de herfst van 2042 misschien zelfs gestemd. Als ze bij de N-VA dus toch maar een beetje geduld zouden willen hebben…

Want als er aan één ding zeker niet getwijfeld mag worden, dan toch wel aan de federale loyauteit van de Franstaligen. Wat Rudy Demotte eerder deze week trouwens ook nadrukkelijk in de media kwam verkondigen. Voor wie geen goed verstaander zou zijn: in tegenstelling tot die doortrapte Vlamingen dus, die hun belofte om 400 miljoen euro opzij te zetten om de federale begroting te redden «zomaar» introkken. Waar Rudy Demotte wel aan voorbijging, was dat die 400 miljoen euro beloofd waren onder voorwaarde dat er ondertussen een staatshervorming zou komen. En dat geen enkele Franstalige politicus op dat ogenblik aan de federale regering vertelde dat die 400 miljoen euro dan maar best buiten de begroting gehouden zou worden, om het op die manier te zeggen. Tot zover die Franstalige loyauteit dus. (En hoe «loyaal» was die 80/20-verdeelsleutel eigenlijk om te beginnen?)

Wat mogen we de komende dagen en weken dan verwachten?
Allereerst een voortzetting van het Franstalig gebakkelei over wie er wel en wie er niet rond de tafel zal mogen zitten bij de «interinstitutionele dialoog», en of de Vlamingen überhaupt wel meningen mogen hebben over wie er in de Franstalige delegatie zal zitten, en tegelijkertijd Franstalige veto's en eisen over wie er in de Vlaamse (en de federale) delegatie zal zitten. Volstaat dat niet om de kaap van 21 september te halen, kan er altijd nog een rondje bij over de vraag wat er wel en wat er niet op het «menu» van de dialoog zal mogen staan, iets over de koopkracht of asielzoekers, maar ik verwacht dat als de N-VA haar vertrouwen in de federale regering finaal zou opzeggen, de Franstaligen dit zullen aangrijpen als een nieuwe kans om nog maar eens een vertragingmanœvre in te lassen. Eén mogelijkheid is de plaatsing van Brussel-Halle-Vilvoorde op de agenda, waardoor de CD&V in een bijzonder lastig parket geplaatst kan worden als die partij de regering-Leterme I toch zou blijven steunen. Dat betekent niet dat er veel betere of snellere resultaten verwacht hoeven te worden als de N-VA toch haar vertrouwen aan de federale regering zou geven: in dat geval zal de fameuze dialoog vroeg of laat –laat ons zeggen eerder laat– van start gaan, waarna zij tergend langzaam zal voortschrijden om uiteindelijk in niets te verzanden.

De cruciale zaak is immers de volgende: de Franstaligen zijn ervan overtuigd dat Yves Leterme bereid is niet alleen zijn kartel maar desnoods ook zijn partij op te offeren om toch maar aan de macht te kunnen blijven tot 2011. Dit kan niet beter geïllustreerd worden dan door zijn afwezigheid op de Gordel omwille van «familiale» redenen, terwijl hij wel –en reken maar: gretig en met veel plezier– naar de XIIe Sommet de la Francophonie in Québec zal trekken. En niet te vergeten: nu het erop lijkt dat het Verdrag van Lissabon dan toch ten dode opgeschreven is, behoudt het roterende voorzitterschap van de EU haar huidige belang, en aan wie zal het de beurt zijn in de tweede helft van 2010? Precies: België, en wees er maar zeker van dat Yves Leterme hardnekkig zijn best zal doen om dát stukje kaas niet van zijn boterham te laten halen. Geef de Franstaligen maar eens ongelijk wanneer zij denken dat er met de Vlamingen nog steeds niet echt onderhandeld hoeft te worden over een staatshervorming.