zondag, november 29, 2009

Nieuw wereldrecord verkiezingsbeloftes breken

Yves LetermeIk weet niet of er in het Guinness Book of Records een hoofdstuk bevat voor politici, maar als het bestaat komt onze kersverse Eerste Minister Yves Leterme zonder twijfel in aanmerking voor minstens twee records. Eerste record is de frequentie waarmee hij in de periode 2007/2008 zijn ontslag ging indienen bij Koning Albert II – zelfs Italiaanse Eerste Ministers konden er een puntje aan zuigen. Het tweede record werd eerder deze week neergezet. Wie anders dan Yves Leterme zou er ooit al in geslaagd zijn de kiezer maar liefst viermaal te bedriegen met dezelfde leugen in de loop van slechts twee legislaturen?

Ga het maar na: zowel in 2004 als in 2007 bezwoer Yves Leterme dat hij niet in een regering zou stappen zonder een voorafgaande splitsing van Brussel-Halle-Vilvoorde. Deze week werd hij echter al voor de derde keer ingezworen als het hoofd van een regering zonder dat van een begin van een splitsing van het kiesarrondissement nog maar sprake is. Voeg daar nog zijn deelname aan de regering-Verhofstadt II aan toe, en we komen aan vier woordbreuken in de loop van slechts twee legislaturen. Probeer het hem maar eens na te doen.

Om de vernedering compleet te maken, vond men het in Laken trouwens zelfs nodig het kiezersbedrog te verpersoonlijken in de vorm van een «koninklijke opdrachthouder», Jean-Luc Dehaene, die belast werd met de voorbereiding van communautaire onderhandelingen. Het zal echter Jean-Luc Dehaene niet zijn die ten laatste in 2011 aan de Vlaamse kiezer verantwoording zal moeten afleggen voor alle Vlaamse toegevingen die hij voorbereidt, want, let op, wanneer het uiteindelijk zover zal zijn, zal Yves Leterme zélf de onderhandelingen moeten leiden. Om het met een beeld te zeggen: Jean-Luc Dehaene hoeft eigenlijk niet meer te doen dan te schetsen waar hij denkt dat er kastanjes in het vuur liggen, maar Yves Leterme zal ze er wel zelf uit mogen halen.

Nu is het algemeen geweten dat de machtsdrang, en zeker de postjesdrang, bij politici bovenmatig ontwikkeld is, maar wanneer je overloopt hoe Yves Leterme zichzelf deze keer in de Belgische val heeft laten zetten, kan je toch niet anders dan jezelf afvragen wat hem in 's hemelsnaam toch bezielde. Immers, hoe je het ook draait of keert, Yves Leterme kan alleen maar met verlies uit dit avontuur raken. Het is zelfs zeer de vraag of hij zoveel plezier zal kunnen –of mogen?– beleven aan zijn verblijf in de Wetstraat 16 tot aan de volgende federale verkiezingen. Veel meer dan uitvoeren wat Elio di Rupo en Joëlle Milquet elders voor hem beslissen zal er vermoedelijk niet bij zijn als hij nog maar Pasen 2010 wil halen.

Laten we immers eens de scenario's overlopen voor wat de komende maanden mogelijk is. Eerste scenario: koninklijk opdrachthouder Jean-Luc Dehaene slaagt erin tegen Pasen een communautair pre-akkoord voor te bereiden, inclusief de splitsing van Brussel-Halle-Vilvoorde op een voor de Franstalige aanvaardbare wijze – zeg maar een ogenschijnlijke splitsing die er geen is. Yves Leterme zal dat pre-akkoord dan verder mogen onderhandelen tot er een finaal akkoord bereikt wordt, dat dan gestemd kan worden in de Kamer vóór de zomer en dus het Belgische EU-voorzitterschap. In dat geval zal het natuurlijk in de eerste plaats Jean-Luc Dehaene zijn die alle eer toegespeeld zal krijgen voor dat akkoord, terwijl Yves Leterme aan de achterban zal mogen gaan uitleggen waarom Brussel-Halle-Vilvoorde nu eigenlijk feitelijk toch niet gesplitst werd. Wordt uiteindelijk geen finaal akkoord bereikt, zal Yves Leterme daar volledig de schuld voor krijgen, niet Jean-Luc Dehaene. Die laatste zal immers wel zo slim zijn de details niet uit te werken, en zoals men het in de taal van Shakespeare zegt: the devil is in the details… Ik sluit niet uit dat in dat geval Jean-Luc Dehaene nog eens zal willen bijspringen, vooral dan om in dienst van vorst en vaderland de CD&V-achterban te doen plooien om ofwel het akkoord alsnog te aanvaarden, of om verder te regeren zonder staatshervorming of splitsing van Brussel-Halle-Vilvoorde.

Ander mogelijk scenario: Jean-Luc Dehaene slaagt er niet in een pre-akkoord rond te krijgen voor Pasen 2010. Wat er dan gebeurt, zal vooral afhangen van wat Jean-Luc Dehaene zélf denkt over zijn verdere slaagkansen. Valt er voor hem toch nog iets eervols te rapen, zal hij waarschijnlijk het Brussels Parlement inschakelen voor een nieuw belangenconflict. In het andere geval zie ik hem er gewoonweg de brui aan geven, en de schuld in de schoenen van Yves Leterme schuiven. Het excuus is snel gevonden: Yves Leterme zorgde niet voor een voldoende sereen klimaat tussen de regeringspartners, of de N-VA deed lastig in de Vlaamse regering. Wat er ook van zij, Yves Leterme zal ook in dit scenario de pineut van het verhaal zijn.

Laatste scenario: voor zover Jean-Luc Dehaene zich al de moeite zou getroosten veel initiatief te nemen vóór pakweg midden februari, valt natuurlijk niet uit te sluiten dat hij relatief snel zou inzien dat Brussel-Halle-Vilvoorde een volkomen onoplosbaar probleem is waar hij alleen maar zijn nek op kan breken. Enerzijds weigeren de Franstaligen een splitsing die een splitsing is – op dat vlak is er de laatste jaren eigenlijk weinig of niets veranderd, ook al hebben enkele Franstalige politici de laatste tijd verklaard dat een splitsing «onvermijdelijk» zou zijn. Wat belangrijker is, is de buigzaamheid van de CD&V-achterban, en of die een schijnsplitsing wel zal willen slikken. Vooral de aanwezigheid van de N-VA als Vlaams geweten van de CD&V in de Vlaamse Regering is daarbij een probleem. Komt Jean-Luc Dehaene vroegtijdig tot de conclusie dat hij van de koning een onmogelijke opdracht heeft gekregen, zou hij wel eens hetzelfde kunnen doen als wat hij in 2007 deed, en zijn koninklijke opdracht vervroegd afbreken. Hij is er per slot van rekening de man niet naar om enkele weken extra een schijnvertoning op te voeren enkel en alleen maar om met zijn titel te pronken. En wie zit ook deze keer uiteindelijk met de gebakken peren? Inderdaad, Yves Leterme, die zal mogen uitleggen waarom er geen splitsing noch een staatshervorming zal komen voor de verkiezingen van 2011.

Op dit punt vraagt de lezer zich waarschijnlijk af wat iemand als een Yves Leterme eigenlijk bezielt om Eerste Minister te wíllen zijn. En bij uitbreiding: waarom CD&V telkens weer de Eerste Minister wil blijven leveren. Als men de ellende en miserie rond de federale regering vergelijkt met wat mogelijk is in de Vlaamse regering, kan men alleen maar besluiten dat men aan de top van CD&V blijkbaar last heeft van een Belgische dwangneurose of suïcidale neigingen. In de Vlaamse regering slaagt men er tenminste nog in een beleid te voeren, terwijl men op federaal niveau met smoesjes zoals de «rustige vastheid» moet schermen om de complete passiviteit –of beter: volledige overgave aan de Franstalige wensen en grillen– te verbergen. Misschien komt het besef er ooit nog wel, dat er op federaal niveau voor de CD&V eigenlijk geen eer of macht meer te behalen valt. Met een voorzitster als een Marianne Thyssen, eerder deze week nog enthousiast bejubeld door Béatrice Delvaux in Le Soir, vrees ik echter dat het nog even zal kunnen duren voor dat besef er ook daadwerkelijk zal (mogen) komen. Tot dan is het bang afwachten hoeveel de federale machtsdrang van de CD&V Vlaanderen nog zal kosten. Tot dan rest ons alleen maar medelijden met –of, menselijker: Schadenfreude over– tragische figuren als Yves Leterme.

donderdag, november 19, 2009

Überpostje voor übertsjeef

Herman van RompuyNog maar eens blijkt dat er in de politiek geen rechtvaardigheid bestaat. Herman van Rompuy saboteerde eerst als Kamervoorzitter en later als Eerste Minister een splitsing van Brussel-Halle-Vilvoorde, en schoof de staatshervorming op de lange baan. Tijd kopen, en daarna zien we weer wel, was het motto. Deze avond is gebleken dat de man, die het zelfs zover dreef dat hij een Duitstalig belangenconflict ging afkopen met grotendeels Vlaams geld, uiteindelijk genoeg tijd wist te kopen en zelf de ultieme rekening –openlijk verraad van de verkiezingsbeloften van de CD&V of een Belgische systeemcrisis– niet zal hoeven te betalen.

Het begin van zijn toespraak waarin hij de benoeming tot de eerste Vast Voorzitter van de Europese Raad aanvaardde is typisch en bijzonder illustratief voor hoe de man te werk gaat. De eerste zin alleen al staat krom van de leugens: «Ook al vind ik het bijzonder moeilijk het bestuur van mijn land op te geven, aanvaard ik uw beslissing en dank ik u voor de eer die u mij betuigt.» Moeten we dat nu werkelijk geloven? De minachting voor het gepeupel dat op geen enkele manier invloed heeft kunnen uitoefenen op zijn benoeming druipt er van af. Want wat zou er nu moeilijk aan zijn om een uitzichtloze puinhoop te mogen verlaten voor het ultieme toppostje, waar het risico om ontslagen te worden uiterst miniem is? Een postje waar de man, die zich altijd als een vis in het water heeft gevoeld in achterkamertjes en in kastelen achter hoge hekken, zich voluit zal kunnen uitleven in het gekonkel en gekuip? En dat hij de beslissing «aanvaardt» kan niet bepaald een verrassing genoemd worden – hij heeft er per slot van rekening hard genoeg voor geknokt.

Even leek het erop dat er alsnog een kink in de kabel geslopen was, toen, stel je voor, één of andere onverlaat zo vermetel was een Europees standpunt van hem uit een besloten vergadering gelekt had naar de pers. Het is inderdaad ongehoord dat standpunten en meningen van politici zomaar open en bloot in de pers becommentarieerd worden vóór zij tot minister of wat dan ook benoemd worden. De bevolking heeft er inderdaad niets mee te maken wat een kandidaat-minister van defensie denkt over, ik zeg maar wat, de oorlog in Afghanistan of de dienstplicht. Net zo was het bijzonder laag bij de grond dat iemand Herman van Rompuys standpunt over Europese belastingen lekte nog vóór zijn benoeming tot EU-President. Laten we het trouwens maar zeggen zoals het is: zelfs nu, na zijn benoeming, heeft de Europese bevolking daar eigenlijk niets mee te maken. Anders kom je immers op een hellend vlak terecht, met als volgende eis misschien wel een democratische verankering van de benoeming via, horresco referens, verkiezingen en meer van dat soort van ongein.

Ik voel me overigens absoluut niet geroepen om Herman van Rompuy «persoonlijk te feliciteren» met zijn benoeming, zoals het Vlaams Belang bijvoorbeeld doet. Je kon net zo goed Dmitri Medvedev persoonlijk feliciteren met zijn verkiezing tot Russisch president. Wat de N-VA bezielt om zelfs «heel blij» te zijn voor Herman van Rompuy, de ultieme saboteur van staatshervormingen en BHV-splitsingen, is me al helemaal een raadsel. Trouwens, wat het Vlaams Belang betreft werden de bange vermoedens van die partij dat het standpunt van Herman van Rompuy tegen Turks EU-lidmaatschap niet veel meer was dan oppositietaal vanavond reeds bevestigd. Proef alvast even van de volgende zin in zijn aanvaardingstoespraak: «Ofschoon onze eenheid onze kracht is, is onze diversiteit onze rijkdom.» Bij De Standaard deden ze nogal zurig over mijn «Say Hello to Turkey and Taxes» van gisteren in The Brussels Journal (volgens hen trouwens een Britse krant), maar wanneer de man zulke zinnen opneemt in zijn toespraak, is het duidelijk dat hij wel degelijk werk wil maken van een zo ver mogelijk doorgedreven eurofederalisme én Turks EU-lidmaatschap.

Maar het is niet alleen maar kommer en kwel met de benoeming van Herman van Rompuys tot EU-President. Zo bestaat de kans dat Yves Leterme opnieuw Eerste Minister wordt, wat enig perspectief biedt op nieuwe communautaire spanningen. Eric van Rompuy, broer van, kan eindelijk weer straffe uitspraken doen over Brussel-Halle-Vilvoorde, en zijn motto «Be Free» weer vanonder het stof halen. Misschien zien we hem volgend jaar weer gordelen met BHV-truitje?

zondag, november 15, 2009

Zouden we moeten treuren om het vertrek van Van Rompuy?

Zouden we moeten treuren indien Herman van Rompuy, de Eerste Minister die heel Europa ons zou benijden, ons zou verlaten om de eerste vaste Voorzitter van de Europese Raad te worden? Aanhangers van de verrottingsstrategie om België te doen barsten alvast niet, want als Herman van Rompuy één ding goed kan, dan wel pappen en nathouden, ook bekend onder zijn eigen motto «rustige vastheid». En op tijd zijn eigen partij plat op de buik duwen ter wille van de Franstaligen.

Dat hij de perfecte kandidaat voor de job is, weten we al langer, maar dat Herman van Rompuy ook effectief de eerste vaste Voorzitter van de Europese Raad zal worden, staat nog lang niet vast. Dat hij naar de post dingt echter wel, zoals duidelijk bleek uit zijn reactie op een lastige vraag van één of andere Italiaan op het diner van de Bilderberggroep. Zelfs al klopt het dat hij niet voor een groene Europese belasting pleitte, maar wel voor een «meer structurele vorm van financiering op Europees niveau» in de vorm van een verkapte Tobin-taks op financiële transacties, dan nog blijft zijn verveelde reactie. Inderdaad, indien het zou kloppen dat Herman van Rompuy de post van EU-president niet actief zou nastreven, en dat hij ze enkel maar wil aanvaarden als er consensus bestaat en hij niet anders kan, dan zou de vraag van die Italiaan hem immers geen moer hebben kunnen schelen. Integendeel zelfs, een geprofileerde toespraak op dat diner zou voor hem een heel gemakkelijke manier geweest zijn om voor eens en altijd die beker aan hem voorbij te laten gaan, maar dat heeft hij dus wel heel nadrukkelijk niet willen doen. Schijnheiligheid troef dus, maar de lezer weet vermoedelijk al langer dat dat een eigenschap is die bij Herman van Rompuy bovengemiddeld ontwikkeld is.

Het foefje van de «consensus» is trouwens ronduit hilarisch wanneer het uit de mond van een Eerste Minister komt die aan Vlaamse zijde niet eens over een meerderheid voor zijn federale regering beschikt, ook al noemde hij dat zelf vóór de verkiezingen nog «staatsgevaarlijk». Als de vereiste consensus eruit zal bestaan dat Frankrijk, Duitsland en Groot-Brittannië het onder mekaar eens zouden worden dat het Herman van Rompuy zal zijn, en dit trio vervolgens hun voorkeur door de strot van een meerderheid van de overblijvende 23 lidstaten kan duwen, dan zal dat zowel voor Herman van Rompuy als zijn CD&V al ruim voldoende zijn.

A propos standpunten vóór en nà verkiezingen: in 2004 hield Herman van Rompuy nog een pleidooi tegen een Turkse EU-lidmaatschap, maar zag hij een toetreding van de Oekraïne wel zitten – als ze het zelf vragen natuurlijk. Politicoloog Hendrik Vos zag daarin een mogelijk probleem, maar ik vermoed dat de EU-leiders ondertussen al wel zullen weten wat voor vlees ze in de kuip hebben met Herman van Rompuy. Als Turks EU-lidmaatschap even EU-gevaarlijk is als een federale Belgische regering zonder Vlaamse meerderheid staatsgevaarlijk, weten we nu al dat hij zich desnoods wel ootmoedig zal willen «opofferen» met een paar jaartjes extra aan het hoofd van de EU om de integratie van Turkije in de Europese Unie in goede banen te leiden. En als een Oekraïens aanvraag tot EU-lidmaatschap op een lastig ogenblik in de brievenbus zou vallen, zal hij zeker wel iets weten te verzinnen om eerst die aanvraag niet te hoeven ontvangen, en vervolgens die aanvraag zoveel mogelijk op de lange baan te schuiven.

Zouden we dus moeten treuren indien Herman van Rompuy de eerste vaste Voorzitter van de Europese Raad zou worden? Zoals in de inleiding reeds aangehaald, blonk hij als Eerste Minister tot nu toe vooral uit in het pappen en nathouden, en op tijd de CD&V plat op de buik dwingen om de Franstaligen hun zin te kunnen geven. «Rustige vastheid» heet dat dan in zijn jargon, maar «rustige slaafsheid» zou de lading al veel beter dekken. Van de vijf zogenaamde «werven» die hij aanduidde zijn er voorlopig nog maar drie afgewerkt. En voor één keertje ben ik het eens met Bart Eeckhout van De Morgen: zelfs die drie afgewerkte werven liggen er hoogst belabberd bij. De begroting is één grote puinhoop, onder meer, maar niet alleen, dankzij de stuitende incompetentie van Didier Reynders. De verdediging van Herman van Rompuy in Kamer –de oppositie zou geen visie hebben– was van zo'n laag niveau dat je je afvraagt of die man zichzelf in de spiegel nog kan zien. In het asieldossier hebben PS en cdH dan weer al zo vaak hun zin gekregen dat de Franstalige socialisten het gisteren zelfs aandurfden openbare gebouwen op te vorderen om hun toekomstige kiezers te herbergen. (En ik neem aan dat hun partijgebouwen en volkshuizen al vol zitten, ja toch?)

Aan twee werven is Herman van Rompuy voorlopig nog niet begonnen: de staatshervorming en Brussel-Halle-Vilvoorde. Of beter gezegd: die heeft hij tot nog toe vakkundig in de koelkast kunnen houden door ofwel dringendere zaken in te roepen, ofwel op zijn blote knieën bij de Franstaligen extra tijd te gaan afkopen. Dat is natuurlijk weinig bevredigend vanuit een Vlaams standpunt, maar anderzijds is het nog maar de vraag of een staatshervorming of een onderhandelde oplossing voor Brussel-Halle-Vilvoorde onder leiding van Herman van Rompuy dan zoveel goeds voor Vlaanderen zou kunnen brengen. Àls Herman van Rompuy erin zou kunnen slagen die twee werven op één of andere manier af te werken, moet gevreesd worden dat die afwerking er vooral uit zal bestaan de eigen partij nog maar eens plat op de buik te dwingen voor een reeks toegevingen aan de Franstaligen. De hartenkreet van Béatrice Delvaux sprak in dat verband boekdelen. Het alternatief van ongrondwettelijke federale verkiezingen met alle problemen en heisa dat met zich mee zou brengen valt dan misschien toch nog te verkiezen boven een uitverkoop van Vlaamse belangen en verworvenheden in de Vlaamse Rand en Brussel.

De ultieme vraag die dus gesteld moet worden is de volgende: op welk niveau zou Herman van Rompuy de Vlaamse zaak het meeste schaden, het Belgische of het Europese? Op Europees niveau hoeven we hoe dan ook geen Václav Klaus aan het hoofd van de Europese Raad te verwachten, en dan kan men net zo goed van de nood een deugd maken om Herman van Rompuys «rustige vastheid» uit het Belgische niveau te verdrijven. Of Yves Leterme dan wel Didier Reynders de fakkel van Herman van Rompuy zou overnemen in de Wetstraat 16 maakt in dat geval trouwens weinig uit – 2010 belooft dan hoe dan ook een boeiend jaar te worden.

zaterdag, november 14, 2009

Brussels belangenconflict wordt al klaargestoomd

Brigitte GrouwelsHet wordt met de dag duidelijker dat mijn voorspelling van twee weken geleden wel degelijk zal uitkomen: wanneer het Duitstalige belangenconflict in de lente van volgend jaar afgelopen zal zijn, zal het Brussels Hoofdstedelijk Parlement een nieuw belangenconflict inroepen. CD&V gaf gisteren bij monde van Brigitte Grouwels –ooit nog Vlaanderens hoop in Brussel– alvast het groene licht aan de Franstaligen, en het lijdt geen twijfel dat ook Open Vld en Groen! zullen volgen, wat kandidaat-voorzitter Marino Keulen ook moge beweren.

Brigitte Grouwels was gisteren te gast in het ochtendprogramma Matin Première van de RTBf, en liet zich daar ontvallen dat ze de inroeping van een belangenconflict tegen de splitsing van Brussel-Halle-Vilvoorde door het Brussels Hoofdstedelijk Parlement liever zou willen vermijden. Als het er echter toch van zou komen, zou dat volgens haar misschien wel tot spanningen kunnen leiden tussen de Nederlands- en Franstaligen in dat parlement, maar niet tot een crisis in de Brusselse Regering. De échte boodschap is echter dat ze daarmee de Franstaligen impliciet groen licht gaf om in de lente van volgend jaar een belangenconflict in te roepen in het Brussels Hoofdstedelijk Parlement, en reken maar dat wanneer die boodschap verkondigd wordt op het eerste radiokanaal van de RTBf, zij wel degelijk zal aankomen in de hoogste regionen van de Franstalige partijen. Meer zelfs, ik zou zelfs niet meer willen uitsluiten dat de CD&V zo driest zou durven zijn om zich zelfs te onthouden bij die stemming. De smoes zal dan wel iets in de aard van een betreuring van de polarisatie binnen het Brussels Hoofdstedelijk Parlement zijn, maar waar het echt om gaat is de Franstaligen een schaamlapje te kunnen leveren zodat zij zouden kunnen beweren dat dit geen stemming Franstaligen tegen Nederlandstaligen is, precies dat wat zij de Vlamingen steeds verweten hebben in dit dossier. Wat in de Kamer niet mag, mag in het Brussels Hoofdstedelijk Parlement wel, zoals N-VA-voorzitter Bart de Wever terecht opmerkte.

Ach, waar is de tijd dat Brigitte Grouwels beschouwd werd als Vlaanderens hoop in de hoofdstad? Ik herinner het me nog: het was de tijd van Jos Chabert, die niet eens in Brussel woonde maar wel Belgischer dan de koning was, en in 1999 vasthield aan zijn Brusselse portefeuille om toch maar te vermijden dat die «Vlaamsgezinde» Brigitte Grouwels zou kunnen doorstoten. Misschien was het allemaal maar een begoocheling? Of is ze vandaag, na vijf jaar staatssecretaris geweest te zijn en nu eindelijk dan toch minister voor het Brussels Gewest, van haar Vlaamsgezindheid «genezen»? En wat is dan een belangenconflictje tegen een wetsvoorstel dat de eigen partij nog mee ingediend en gestemd heeft vergeleken met nog minstens vier jaar ministerschap in dat Brussels Gewest? «Minder Frans, meer Brigitte» was haar laatste verkiezingsslogan nog, maar als meer Frans nóg meer Brigitte oplevert, kan je toch niet verwachten dat zij als CD&V'ster gaat tegenpruttelen?

Zouden de Nederlandstalige coalitiepartners in de Brussels Regering dan wel durven (of willen) tegenpruttelen bij de stemming van een belangenconflict? Van Groen! hoeven we niet veel te verwachten: wat hen betreft mag Brussel-Halle-Vilvoorde immers netjes één blijven, ja zelfs uitgebreid worden tot heel België. En de andere partner, de Open Vld, had de invoering van een federale kieskring zelfs als een uitdrukkelijke eis in haar laatste verkiezingsprogramma opgenomen. Kandidaat-voorzitter Marino Keulen liet wel optekenen dat wat hem betreft het Duitstalig belangenconflict het laatste zou moeten zijn, maar wie gelooft dat dit meer is dan verkiezingspropaganda voor 5 december, de datum voor de voorzittersverkiezingen bij de Open Vld, gelooft waarschijnlijk evenzeer in de goedheilige man die de dag nadien zijn ronde maakt. Ook de reactie van Brussels Open Vld-minister Jean-Luc Vanraes is weinig geloofwaardig, aangezien hij zelf in 2006 nog een uitgesproken tegenstander van de splitsing was. Ooit weigerde hij zich zelfs uit te spreken over een uitbreiding van het Brusselse Gewest, iets wat toch een no-brainer zou moeten zijn voor eenieder die zichzelf als Vlaming gerespecteerd wil zien.

De overtreffende trap totentrekkerij werd echter afgeleverd door de Brusselse sp.a-fractievoorzitster Elke Roex. Elke Roex heeft natuurlijk groot gelijk in haar analyse, maar dat iemand met een sp.a-lidkaart ook écht een Vlaamse reflex zou kunnen bezitten is natuurlijk een stelling zo grotesk dat zelfs iemand die in Sinterklaas en de Kerstman tegelijkertijd gelooft daar niet intrapt. Of zou er toch iemand rondlopen die wil geloven dat zij precies hetzelfde zou zeggen ook indien de sp.a wel mee aan de Brusselse vetpotten zou zitten?

Wat in ieder geval opvalt, is dat CD&V én Franstaligen op dit ogenblik een pak meer energie steken in het aanvaardbaar maken van een Brussels belangenconflict over Brussel-Halle-Vilvoorde dan het voeren van onderhandelingen of wat dan ook. (Wat uiteraard niet betekent dat ik voorstander zou zijn van zulke onderhandelingen.) Maar de verklaring waarom er zo'n groot verschil bestaat tussen het CD&V-woord en de CD&V-daden is natuurlijk eenvoudig: dit is de weg van de minste weerstand. Het is immers gemakkelijker zes miljoen Vlamingen voor het lapje te houden dan enkele CD&V-mandatarissen vijf minuten politieke moed te laten opbrengen om de Grondwet te laten toepassen. Maar dat laatste zal natuurlijk geen enkele van mijn lezers verbazen.

zaterdag, november 07, 2009

Herman van Rompuy, de perfecte Europese President

Herman van RompuyVolgens de bookmakers en de kranten is Eerste Minister Herman van Rompuy op dit ogenblik de grootste kanshebber om Europees President –eigenlijk «Voorzitter van de Europese Raad»– te worden. En inderdaad, wie zou er eigenlijk beter passen als voorzitter van een orgaan dat desnoods landen dwingt een tweede maal een referendum te organiseren als de bevolking de eerste keer verkeerd stemt, dan onze eigen Eerste Minister die ooit als Kamervoorzitter nog 's nachts de sloten van de plenaire zittingszaal liet vervangen om een zitting tegen te houden? Dat Herman van Rompuy uit zeldzaam hout gesneden is, is wel het minste dat gezegd kan worden.

Dat de Europese Unie niet bepaald uitblinkt door haar democratisch gehalte hoeven we de lezer niet uit te leggen. Recent was er het tweede referendum in Ierland over het Verdrag van Lissabon, omdat de Ierse bevolking de eerste keer zo vermetel was geweest Neen te stemmen. Ook aan de weinig democratische manier waarop het Europese establishment Turkije in de Europese Unie tracht te loodsen hoeven we de lezer niet te herinneren: eerst ging het alleen maar onderhandelingen over een mogelijke toetreding, en was het dus te vroeg om bezwaren te maken, daarna kwamen bezwaren te laat omdat er al zo lang met Turkije onderhandeld werd. Het spreekt dan ook voor zich dat als de Europese Unie een president wil aanstellen, die president niet rechtstreeks door de Europese bevolking verkozen zal worden of via een open proces, maar in achterkamertjes bedisseld moet worden zodat ook achterbakse figuren kans maken benoemd te worden. En achterbakse figuren misschien zelfs een streepje voor hebben.

De voormalige Britse Eerste Minister Tony Blair was lang de gedoodverfde kandidaat, maar kampte met twee grote nadelen. Het eerste nadeel was natuurlijk dat Groot-Brittannië in de EU nog steeds een buitenbeentje is, en bijvoorbeeld bedankt voor de Euro. Het tweede nadeel was de oorlog in Irak, dat vooral bij het oud-Europese gedeelte van de EU moeilijk lag. Stel je voor, een Eerste Minister die zijn troepen leende om in een ver land samen met de VS actief een bloedig dictator ten val te brengen. Dat is inderdaad onaanvaardbaar! Een andere affaire, namelijk dat hij bij de laatste verkiezingen de Britse bevolking expliciet een referendum over het Verdrag van Lissabon had beloofd, maar naliet die belofte ook in te lossen, speelde duidelijk níet in zijn nadeel. Het zal de lezer waarschijnlijk niet verbazen dat zulk gedrag hem absoluut niet euvel geduid werd in Brussel.

De Brit Tony Blair zal echter geen andere keus hebben dan in de Belg Herman van Rompuy zijn meerdere te erkennen. Enkele van de recentste exploten van onze Eerste Minister tonen duidelijk aan dat hij veel beter zou passen in de functie van Voorzitter van de Europese Raad. Zo slaagde hij er als Kamervoorzitter in 's nachts de sloten van de plenaire zittingszaal te vervangen, om zo een vergadering over Brussel-Halle-Vilvoorde te kunnen saboteren. Een andere keer weigerde hij gewoonweg een week lang op zijn kantoor te verschijnen, om te vermijden er een brief te moeten openen. Algemeen wordt trouwens aangenomen dat hij er eigenhandig voor gezorgd heeft dat zijn partij, de CD&V, haar eis over de staatshervorming en de splitsing van de Brussel-Halle-Vilvoorde als een conditio sine qua non voor regeringsdeelname inslikte op het moment dat de Franstaligen ermee dreigden overstag te gaan. Men kan zich moeilijk voorstellen hoe het verkiezingsprogramma van de CD&V uit 2007 nóg flagranter aangefloten kon worden, of het zou moeten gaan over een volledige aanhechting van Halle-Vilvoorde bij het Waals Gewest.

Zorgde hij ervoor dat de CD&V toch maar in een federale regering stapte, volledig in strijd met haar eigen verkiezingsprogramma, is het duidelijk dat hij er sinds de opvolging van Yves Leterme eigenlijk de grootste hinder is om Brussel-Halle-Vilvoorde te splitsen en de Franstaligen tot een staatshervorming te dwingen. Inderdaad, het splitsingsvoorstel, ingediend en gestemd door zijn eigen partij, zit volledig geblokkeerd door opeenvolgende belangenconflicten die hij zelf bij de respectievelijke regionale parlementen gaat afsmeken. De staatshervorming stopte hij niet in de koelkast, maar in de diepvriezer, met het slot vervangen en de sleutel al lang weggesmeten. In alle andere dossiers, de zogenaamde «werven» asiel en migratie, energie en de overheidsfinanciën, gaf hij de Franstaligen volledig hun zin. Het hoeft dan ook niet te verbazen dat zij dezer dagen met een bang hartje een beslissing over dat Europees presidentschap afwachten. Hoofdredactrice Béatrice Delvaux van de krant Le Soir meende zelfs al voor alle zekerheid op voorhand al een veto te moeten stellen tegen Yves Leterme als opvolger.

Misschien nog het meest hallucinante feit is dat hij vandaag een regering leidt die aan Vlaamse zijde niet eens over een meerderheid beschikt, terwijl aan Franstalige zijde alleen Ecolo ontbreekt. Vóór de verkiezingen liet hij in een interview met De Morgen nog noteren dat zo'n constructie «staatsgevaarlijk» zou zijn: Vandaag lijkt het echter de enige garantie om België niet finaal in mekaar te doen stuiken. En dat laatste is natuurlijk het enige waar het in zijn federale regering werkelijk over gaat: België nog zo lang mogelijk draaiende te houden, desnoods tegen zijn eigen partij, bevolking en kiezers in. Het hogere belang, weet u wel. Het is daarmee duidelijk dat als de EU iemand nodig heeft die zonder scrupules desnoods ook zijn land bij de bok zal willen zetten voor een hoger, Europees belang, Herman van Rompuy daar de geknipte figuur voor zal zijn.

maandag, november 02, 2009

De ingehouden peiling van RTBf–Vers l'Avenir

Donderdag beweerde La Libre Belgique in een artikel dat RTBf en Vers l'Avenir in juni, vlak voor de regionale verkiezingen, een peiling achtergehouden zouden hebben. Reden: de resultaten weken teveel af van de vorige peilingen. Achteraf bleek echter deze peiling de meeste «correcte» van allemaal te zijn…

In hoeverre de achtergehouden peiling van RTBf–Vers l'Avenir werkelijk de meest correcte peiling van allemaal was, valt natuurlijk moeilijk in te schatten zolang we de cijfers niet kennen. De bronnen die in La Libre Belgique aangehaald worden beweren dat de peiling géén zwaar verlies voor de PS aangaf, in tegenstelling tot de verliezen van ongeveer vijf procent die voorspeld werden in de peilingen die wel gepubliceerd werden. In dat geval is het duidelijk dat de achtergehouden peiling, uitgevoerd door Dedicated Research, een gemiste kans was voor de RTBf en Vers l'Avenir.

Het spreekt voor zich dat RTBf en Vers l'Avenir met de zaak lichtjes verveeld zitten, zeker omdat de twee vlak voor de verkiezingen uitpakten met een hele rist peilingen per provincie. Zoals een bron vertelt, werd dag na dag de ondergang van de PS voorspeld, terwijl de partij op 7 juni gewoon status quo noteerde. Het is dan pijnlijk wanneer achteraf blijkt dat men ook over een peiling beschikte die een heel ander beeld gaf. Mogen we er echter ook even aan herinneren dat de krant die nu met de geruchten op de proppen komt, La Libre Belgique, er al bij al even ver naast zat als RTBf en Vers l'Avenir, en het artikel daarom ongetwijfeld een hoge graad van Schadenfreude in zich draagt?

Maar er is meer. Een maand geleden hadden we het al over het onzinnige wetsvoorstel van Philippe Mahoux, die opiniepeilingen met een te grote foutenmarge en te dicht bij de verkiezingsdatum zou willen verbieden. Dat wetsvoorstel moet in het licht van de hierboven reeds vermelde peilingenreeks van RTBf en Vers l'Avenir gezien worden, want de partij van Philippe Mahoux, de PS, ergerde er zich toen dood aan. Om begrijpelijke redenen, overigens, maar dat gaf Elio di Rupo natuurlijk nog niet het recht om RTBf de huid vol te schelden en hen te «herinneren» aan hun openbare functie. In zijn wetsvoorstel veinst Philippe Mahoux echter bezorgdheid over eventuele beïnvloeding van de publieke opinie door onzorgvuldige peilingen. Niemand wordt natuurlijk graag bestempeld als een verliezer, maar de vraag moet toch gesteld worden of de PS werkelijk zo'n slechte zaak zou gedaan hebben aan al die voor haar negatieve peilingen. Zou het kunnen dat die peilingen er net voor gezorgd hebben dat kiezers die anders misschien wel voor Ecolo of cdH zouden gestemd hebben, het toch maar op de PS hielden om de schade een beetje te beperken? Zou het ook kunnen dat de PS, precies door die voorafgaande negatieve peilingen, psychologisch veel beter door de verkiezingsnacht is gekomen dan anders wel eens het geval had kunnen geweest zijn?

Een andere vraag is natuurlijk wat er zich eigenlijk in het hoofd van een peiler of medium afspeelt wanneer er besloten wordt een peiling niet te publiceren. «Ça fait trois semaines qu’on annonçait des moins 5 % pour le PS. On n’allait quand même pas changer notre fusil d’épaule. Personne n’a eu envie de se décrédibiliser.» En nog: «Ce n’était pas très heureux d’arriver la veille ou l’avant-veille du scrutin avec un sondage et des résultats différents du sondage initial.» Achteraf zit men dan natuurlijk met de gebakken peren. Maar het is toch wel merkwaardig dat men in dit land de kleinste verschuiving, al valt ze ruimschoots binnen de foutenmarge, uitvergroot om er ellenlange artikels over te kunnen schrijven, maar wanneer een peiling te veel verschilt van de vorige, dan houdt men ze toch maar liever achter omwille van… de geloofwaardigheid. Ik had het zelf nooit kunnen verzinnen.

In het hoofdstuk «Mag het ietsje meer zijn» in Media & Journalistiek in Vlaanderen schreef ik nog dat Vlaanderen niet bepaald hoeft te snoeven over het aantal peilingen dat er uitgevoerd wordt, maar dat de toestand in Wallonië zo mogelijk nog slechter is. Ik zou echter niet durven beweren dat het bovenstaande voorval in Vlaanderen onmogelijk zou zijn. Stel je inderdaad eens voor dat één van de kranten een week voor de verkiezingen plots met de resultaten van een peiling geconfronteerd zou worden waarin een «verkeerde» partij plots vijf procent naar boven zou springen. Publiceren, of toch maar doen of de neus bloedt? Wat in ieder geval vaststaat, is dat het wetsvoorstel van Philippe Mahoux niet bepaald voor veel verbetering zou zorgen. Integendeel, in plaats van peilingen te verbieden, zou het misschien beter zijn indien de media verplicht zouden worden àlle peilingen te publiceren, of de resultaten hen nu aanstaan of geloofwaardig overkomen of niet. Misschien toch eens iets om over na te denken.