zondag, april 14, 2013

Wie richt een V-bank op?

«Nieuwe bank “New B” al over helft beoogde coöperanten» schrijft De Standaard op 25 maart. Een dag later: «Nieuwe bank New B haalt 10 000 coöperanten», met bij de collega's van De Morgen een iets sensationelere «New B bereikt doelstelling van 10.000 coöperanten op 48 uur» . Op 28 maart luidt het bij De Standaard «“We gaan de teller [99.999] kraken”», terwijl men in De Morgen «Bescheidenheid is niet het enige wat New B siert» kan lezen. Op zaterdagochtend kreeg coördinator Marc Bontemps vervolgens een reclamevak van een klein uur als partner bij het Radio 1-programma Peeters & Partners. Twee dagen later blijkt dan dat er «Al 26 000 coöperanten voor New B» zijn. Conclusie: als ze over iets alvast niet te klagen hebben bij New B, dan wel de aandacht/steun van de media. Zou een V-bank ook op zoveel steun kunnen rekenen?

Wie is die Marc Bontemps eigenlijk? De professionele website LinkedIn leert ons dat de huidige «Executive» bij New B zijn diploma aan de VUB haalde, en dat hij eerder al bij Vigeo Group, Global Action Plan en Ecolife aan het werk was. Vermoedelijk kan de lezer alleen al uit de namen «Global Action Plan» en «Ecolife» afleiden wat voor vlees we met die twee organisaties in de kuip hebben. Voor Vigeo Group hebben we het eens moeten opzoeken, en het blijkt een in 2002 opgericht bedrijf te zijn dat zichzelf omschrijft als de «toonaangevende Europese expert in de beoordeling van bedrijven en organisaties met betrekking tot hun praktijken en prestaties op gebied van milieu-, sociale en governancevraagstukken». Daar hoeft dus verder ook geen tekeningetje meer bij. Voegen we er tot slot nog aan toe dat de man ooit enkele artikeltjes pleegde bij DeWereldMorgen.be, en het is duidelijk dat het met zijn achtergrond compleet snor zit om het in onze «kwaliteitsmedia» even te maken als de held van de dag, en dat zonder al te veel lastige vragen.

In hemdsmouwen aan de keukentafel

Het sfeertje dat opgehangen wordt rond deze coöperatieve bank is trouwens navenant. Het is allemaal toch zo eenvoudig, ongecompliceerd en laagdrempelig, met een stevige portie basisdemocratie. Je ziet de bedenkers van het initiatief daar al zitten: geëngageerde jongens in hun hemdsmouwen aan de keukentafel, om dan met de blote vuist een nieuwe bank uit de grond stampen. Zo een beetje zoals op de klassieke foto bij vrijwel elk interview met PVDA-goeroe Peter Mertens. (Ik heb me al afgevraagd of die keuken met een goedkoperig geruit tafelkleed echt zijn eigen keuken is, of een speciaal voor die gelegenheden ingericht lokaaltje op het partijhoofdkwartier. En zouden ze daar dan ook een hele voorraad koekjes van de witte producten hebben liggen die dan in hun plastic bakje opgediend kunnen worden om alles het juiste proletarische cachet te geven?)

Wat voor een onmens moet je trouwens niet zijn om geen 20 euro te willen afstaan voor een ethische en duurzame bank die vooral lief voor de mensen wil zijn, en zich zeker en vast niet zal bezondigen aan stoute grotemensenspeculatie? Nu ja, eigenlijk staat het staat nog niet vast of er ooit wel een bank van zal komen, want «dat moeten de coöperanten zelf maar beslissen» in een algemene vergadering. Alsof men zal toelaten dat die dan beslissen dat het allemaal maar om te lachen was, en dat iedereen zijn geld terugkrijgt.

Duurzaam bankieren

Het is echter maar de vraag of die bank wel een lang leven beschoren zal zijn. Zoals dat dan hoort heeft de nieuwe twaalf hoogdravende waarden. Eén van die twaalf is veiligheid: «de bank zal enkel investeren in financiële middelen van de reële economie; winst is geen doel op zich». Dat laatste wordt zelfs nog een keertje herhaald onder de waarde eerlijkheid: «winst is geen doel op zich, maar het gevolg van goed management». Verlieslatende projecten zijn dus geen probleem, als het allemaal maar proper en eerlijk gebeurt, en goed beheerd wordt. Gelukkig is er nog de onvermijdelijke duurzaamheid: «de bank zal enkel investeren in sociaal verantwoorde projecten». Lees: misschien zijn er wel enkele mogelijkheden in sectoren die via één-tweetjes met groenen of socialisten in de regering platgesubsidieerd worden, zoals windmolenparken.

De nieuwe bank wil trouwens ook transparant zijn, d.w.z. «eerlijk en volledig informeren», en die transparantie ook laten controleren. Alleen, bij die eerlijkheid en volledigheid kunnen nu al vragen gesteld worden. Er zit immers een serieuze adder onder het gras. Eén van de waarden van New B is inclusie («de bank zal een universele financiële dienstverlening aanbieden en toegang tot aangepast krediet voor iedereen»), een andere diversiteit («producten en diensten aanbieden die beantwoorden aan de behoeften van al haar klanten»), en nog een andere innovatie («de bank ontwikkelt samen met haar coöperanten nieuwe producten en creatieve oplossingen»). De lezer mag eventjes nadenken welke richting die creativiteit uiteindelijk zal uitgaan. En voor wie niet helemaal mee is: één van de ondersteunende NGO's is de Association belge des professionnels musulmans. Ik hoop maar dat al die 26 000 coöperanten hiervan op de hoogte zijn.

Hand- en spandiensten

Over ondersteunende NGO's gesproken, TAK, VVB, KVHV en NSV schijnen voorlopig nog te ontbreken. Zijn wel al present: onder meer 11.11.11, ABVV, ABVV-Metaal, ACV Brussel-Halle-Vilvoorde (tiens, hebben die al niet een bank?), Bond Beter Leefmilieu, Greenpeace, Oxfam, Vredeseilanden, en nog een reeks goepen en groupuscules van hetzelfde slag. 75 zijn het er in totaal, al staan ze niet allemaal opgelijst en vraag ik me af in hoeverre ABVV verschilt van FGTB, of ACV Brussel-Halle-Vilvoorde van CSC Bruxelles-Hal-Vilvorde. Ik kan me trouwens voorstellen dat de gemiddelde lezer van dit blad van minstens een dozijn onder hen lid is.

Knoop je alles bij mekaar, dan verbaast het allang niet meer dat New B zoveel aandacht, om niet te zeggen uitgesproken steun kreeg in de vele media. Het sfeertje zit juist, de initiatiefnemers hebben de juiste achtergronden, en de juiste NGO's ondersteunen de nieuwe bank. Ik ben er dan ook nogal gerust in dat we op tijd te weten zullen komen waar en wanneer die algemene vergadering plaats zal vinden, wat de agenda zal zijn, en hoe het enthousiasme er uit de zaal zal stróóómen. Iets zegt me dat als iemand het in zijn hoofd zou halen een V-bank op te richten, het er allemaal net iets anders aantoe zou gaan…

V-bank

Maar is dat een reden om het niet eens te proberen? Waar blijft de Vlaamse Beweging om de koppen eens bij mekaar te steken, en een nieuwe Vlaamse bank op te richten? Ik heb namelijk ook wel een paar waarden klaar voor een nieuwe Vlaamse bank. Transparantie bijvoorbeeld, waarbij beslissingen genomen worden in het belang van de bank en haar klanten, en niet in één of ander Brussels salon tot meerdere eer en glorie van vorst en «vaderland». Als het al niet een hoofdkwartier in Parijs is. Een bank die niet investeert in hopeloos ouderwetse industrieën of allerlei progressieve hobby's, maar lokale bedrijven in toekomstgerichte sectoren ondersteunt. Een bank ook die niet bang is van een Vlaams imago, en het Vlaamse cultuurleven wil sponsoren. Als zieltogend links, in Vlaanderen nog niet goed voor een kwart van de kiezers, in een mum van tijd 26 000 coöperanten weet te verzamelen, waarom zou hetzelfde dan niet kunnen voor een Vlaamse bank? Ik heb mijn 20 euro al klaar.

Dit artikel verscheen op 3 april 2013 in 't Pallieterke.

maandag, april 08, 2013

Pleiten Tobback en De Grauwe voor oneindige staatsgarantie?

Enkele dagen geleden stelde eurocommissaris Olli Rehn in een interview met de Finse openbare omroep Yle voor dat ook grote spaarders voortaan een deel van hun geld zouden verliezen wanneer een bank in de problemen raakt. Met andere woorden: het «unieke» Cyprus zal voortaan als voorbeeld dienen voor andere probleembanken en -landen. Hoewel het voorstel niet meer dan de logica zelve is en bovendien een noodzakelijke voorwaarde om tot een gezonde banksector te komen, werd het onmiddellijk afgekraakt door sp.a-voorzitter Bruno Tobback en «econoom» Paul de Grauwe.

Wat heeft eurocommissaris Olli Rehn precies voorgesteld? Wanneer een bank in de problemen raakt, zouden voortaan, zoals bij elke andere onderneming, eerst de aandeelhouders aangesproken worden, en vervolgens al degenen die onbeschermde beleggingen en spaartegoeden bij de banken hebben uitstaan. Dat betekent dus dat als een bank over kop gaat, in de eerste plaats de aandeelhouders riskeren hun geld te verliezen, en als zij het verlies niet helemaal kunnen dekken, vervolgens ook de spaarders. Hij stelt wel uitdrukkelijk dat de staatsgarantie van 100.000 euro zou blijven gelden, en inderdaad, zijn voorstel is eigenlijk niet meer dan een gevolg van die staatsgarantie. Immers, als de staatsgarantie geldt tot 100.000 euro, dan moet daar ook uit volgen dat die staatsgarantie voor bedragen boven de 100.000 euro niet geldt, of toch niet volledig.

Zowel sp.a-voorzitter Bruno Tobback als «econoom» Paul de Grauwe waren er als de kippen bij om dit voorstel af te kraken, en bestempelden het als gevaarlijk en dom. Het zal de lezer waarschijnlijk niet verbazen dat ik eerder de reactie en het gedrag van Bruno Tobback en Paul de Grauwe als gevaarlijk en dom zou willen omschrijven. Want de consequentie van hun pleidooi, namelijk dat de spaarders nooit aangesproken zouden mogen worden, is niets anders dan dat de staatsgarantie tot in het oneindige door zou moeten lopen. Een staat heeft daardoor geen enkele bescherming meer tegenover spaarders, waardoor het failliet van een bank veel sneller zal leiden tot het failliet van een staat. Bovendien zorgt zulke oneindige staatsgarantie voor een moral hazard, want het moedigt spaarders ertoe aan hun geld bij roekeloze banken te plaatsen.

Een voorbeeld van dit effect zou nochtans nog redelijk vers het geheugen van Bruno Tobback en Paul de Grauwe moeten liggen. Of zouden zij werkelijk al vergeten zijn hoe IJslandse banken niet zo heel lang geleden de markten binnendrongen met lage tarieven en hoge renten, om vervolgens bij de eerste de beste tegenslag volledig over kop te gaan? Degenen die eerst tegenover hun buren en in hun familie snoefden hoe slim ze toch niet waren om hun geld bij zo'n goedkope IJslandse bank te plaatsen, waren meteen ook de eersten die hard riepen hoe vreselijk het wel niet was dat hun geld plots geblokkeerd stond. Tja. Dat er niet zoiets bestaat als een gratis lunch, en dat een hoger rendement gewoonlijk ook een hoger risico inhoudt was een les die ze toen pas geleerd hebben. Wanneer ik echter Bruno Tobback op de radio hoor verklaren dat het toch niet de taak van de spaarder kan zijn om na te gaan of zijn bank wel solide genoeg is, is mijn conclusie dat hij die les blijkbaar nog steeds niet geleerd heeft.

Het effect van zo'n oneindige staatsgarantie is immers dat spaarders bij zulke roekeloze banken eerst een lager tarief betalen, vervolgens systematisch hogere renten opstrijken, en dan wanneer het fout gaat de rekening doorschuiven naar de voorzichtige spaarder/belastingbetaler die zo idioot was zijn geld bij een «dure» bank te plaatsen. Of hoe Bruno Tobback en Paul de Grauwe de voorzichtige spaarder/belastingbetaler twee keer willen laten betalen. Wie genoeg verdient om belastingen te betalen maar niet genoeg om elke maand wat geld opzij te zetten is trouwens helemaal de klos.

Meer zelfs, als sp.a-coryfee Johan vande Lanotte zich de laatste tijd op één vlak geprofileerd heeft, dan wel dat van de shoppende verbruiker. Onder meer met een spaarsimulator, die de spaarders precies van conservatieve naar roekeloze banken drijft. Of moeten we nu echt denken dat die spaarsimulator in september 2008 de verbruiker voor de problemen bij Icesave zou gewaarschuwd hebben, dan wel hem er precies in groten getale heen zou gestuurd hebben? (A propos, geen enkele kwaliteitsjournalist die ook maar één kritische vraag plaatste bij die spaarsimulator van de leerling-tovenaar uit Oostende, maar misschien hadden die het al moeilijk genoeg met het procentrekenen dat al snel om de hoek komt kijken als we het over spaartegoeden en renten hebben…)

Er is nochtans één puntje waarop Bruno Tobback wel een klein beetje gelijk heeft, namelijk dat 100.000 euro niet bepaald een fenomenaal groot bedrag is. En je bank zal maar net failliet gaan de dag voor je een huis koopt. Het zou dan ook best kunnen dat de staatsgarantie iets hoger mag, al stellen we dan ook weer vragen bij het bedrag van 500.000 euro dat hij op de radio vermeldde – en dan nog als een bedrag dat toch ook nog zeker gedekt diende te worden door de staat. Blijkbaar verdient het niet slecht om voorzitter van de sp.a te mogen spelen. Bovendien stel ik me de vraag wie vandaag de dag nog 100.000 euro op zijn spaarrekening heeft staan, zonder enige andere vorm van belegging. Mag ik er enig darwinisme in zien als iemand op die manier bijna zijn hele fortuin verliest?

Overigens stel ik mij bij het gedrag van Bruno Tobback verder weinig vragen. De man is socialist, en wat mij betreft volstaat dat al ruimschoots als brevet van onkunde in de economie. Bovendien is een discours waarbij de staat maar garant moet staan voor al het spaargeld lekker gemakkelijk (populistisch?), ook al gaat het regelrecht in tegen de belangen van de kleine spaarder die moet gaan werken voor zijn kostje, en dus ook belastingen moet betalen. Dat segment van de bevolking dus waar men ooit de kernkiezers van de SP aantrof, vóór het vervangen werd door de combinatie loftsocialisten en allochtonen.

Wat me wel verbaast is de reactie van Paul de Grauwe, die toch beter zou moeten weten. Hij wordt nog steeds omschreven als «econoom», maar het is maar de vraag hoe lang dat nog ethisch verantwoord kan worden. De man heeft niet alleen een cursus basiseconomie gekregen, hij heeft ze zelfs zélf gehouden. (Onder meer aan ondergetekende, die overigens niet bepaald zwaar onder de indruk was van de manier waarop hij aan studenten burgerlijk ingenieurs het begrip «afgeleide» trachtte bij te brengen, en dat nota bene vlak na een uurtje differentiaalvergelijkingen.) Heeft de man last van vroegtijdige dementie, en wordt het stilaan tijd dat enkele heren in witte jassen zijn bovenkamer eens grondig komen nakijken? Of is hij gewoonweg onlangs opgekocht door de PS, zoals men ook zou kunnen vermoeden wanneer men zijn waarschuwingen tegen besparingen leest? Het begint in ieder geval erg op te vallen dat over zo ongeveer elk economisch vraagstuk zijn betoog naadloos gelijkloopt met de agenda van de sp.a en de PS. Het meest problematisch daarbij is vooral dat sp.a en PS vervolgens Paul de Grauwe gebruiken als gezagsargument, want zelfs «liberale economen» geven hen zogezegd gelijk. En op enige nuance daarover hoeft men dan uiteraard niet te rekenen in onze kwaliteitsmedia.

woensdag, april 03, 2013

Wanneer is de N-VA incontournable?

In zijn ondertussen al beruchte interview met De Standaard liet N-VA-kopstuk Geert Bourgeois zich verleden week ontvallen dat als de N-VA in 2014 veertig procent haalt, de partij de Franstaligen haar wil zal kunnen opleggen. Strategisch was het natuurlijk een blunder van formaat om de lat meer dan een jaar op voorhand al op zo'n hoog niveau te leggen. Maar los daarvan is het natuurlijk wel een interessante vraag hoe groot de N-VA moet zijn om incontournable te worden.

Is de N-VA met veertig procent van de stemmen incontournable? Carl Devos, naar het schijnt nochtans politicoloog, vond van niet, want volgens hem moet je daarvoor minstens vijftig procent van de stemmen halen. In zijn haast om Geert Bourgeois neer te sabelen vergat hij wellicht dat als het Vlaams Belang de andere tien procent levert, veertig procent voor de N-VA al ruimschoots volstaat om wel degelijk de Vlaamse lakens te kunnen uitdelen. Maar daar komt nog bij dat het enige wat eigenlijk echt telt om ergens je politieke wil te kunnen opleggen een meerderheid in het parlement is. En om vijftig procent van de zetels te halen heb je gewoonlijk nog geen vijftig procent van de stemmen nodig. Er kunnen dus gemakkelijk nog een paar procenten af, dankzij partijtjes zoals de PVDA en LDD die al snel enkele procenten onder de kiesdrempel weten vast te houden.

We kunnen het zelfs nog een beetje verder doordrijven. Neem nu de peiling van Het Laatste Nieuws van verleden week, waarin N-VA «slechts» 33,8% haalde, en Vlaams Belang 11,3%. Een simulatie geeft N-VA dan 45 zetels in het Vlaams Parlement, en Vlaams Belang 14 zetels. Dat maakt samen 59 zetels op de 124, weliswaar vier te kort voor een absolute meerderheid, maar CD&V, sp.a, Open Vld en Groen komen in die simulatie samen ook maar aan 64 zetels. En amper twee zetels overschot voor zo'n bonte regering is niet bepaald comfortabel. Zelfs als de traditionele partijen de Franstalige(n) van UF mee in de Vlaamse Regering zouden opnemen –Christian van Eyken als Vlaams Minister van Bestuurszaken, Binnenlands Bestuur en Vlaamse Rand, iemand?– wens ik hen veel geluk toe om de legislatuur van vijf jaar vol te maken zonder al te veel brokken. Eén personeelsprobleem dat uitdraait op een onafhankelijk parlementslid in het Vlaams Parlement volstaat dan om de poppen aan het dansen te krijgen.

Incontournable en incontournable

Overigens is deze hele discussie over het aantal procenten dat de N-VA dient te halen om haar wil aan de Franstaligen te kunnen opdringen bijzonder surrealistisch. De PS haalde immers bij de federale verkiezingen van 2010 niet meer dan 36,8% van de stemmen in het kleinere landsdeel van België, en kan vandaag toch over heel België almachtig de plak zwaaien via de federale regering. Waarom zou dan een partij die in 2014 veertig procent van de stemmen haalt in het grotere landsdeel van België dan haar wil niet kunnen opleggen aan de Franstaligen? Of dat zelfs niet mogen proberen te doen?

Recept voor een overwinningsnederlaag

Maar over peilingen gesproken: Geert Bourgeois had al meteen het ongeluk dat zijn interview gepubliceerd werd op precies dezelfde dag als een peiling in Het Laatste Nieuws. En met 33,8% bleef de N-VA natuurlijk ver onder de veertig procent steken, ook al betekent het nog steeds een forse vooruitgang van een dikke vijf procent vergeleken met de laatste federale verkiezingen van 2010. En dit weekend was het alweer prijs, deze keer met een peiling van Le Soir waarin de partij «slechts» 33,6% haalde. Je kan je trouwens afvragen waar Geert Bourgeois het cijfer van veertig procent vandaan haalde, want tot nu toe bedraagt de absolute maximumscore van zijn partij in de peilingen zeggen en schrijven… 40,1% (La Libre Belgique in septeber 2012). Zelfs voor iemand die nog in opiniepeilingen gelooft –en wie doet dat nog?– en er dan nog een dikke schep optimisme bovenop doet klinkt veertig procent nog steeds bijzonder overmoedig.

Laat ons daarom hopen dat Geert Bourgeois verleden week door Bart de Wever eens goed de levieten gelezen werd, en dan niet omwille van zijn standpunt over Vlaamse onafhankelijkheid. Een overwinning verandert immers snel in een overwinningsnederlaag als de lat op voorhand te hoog gelegd wordt. En daarbij is het natuurlijk één ding als «de peilingen», de media en je tegenstanders je lat zo hoog duwen dat je er onmogelijk nog over kan. Maar als je eigen kopstukken in interviews hun hoofd verliezen en de lat op astronomische hoogte leggen, dan moet je op de verkiezingsavond geen calimeroschelp meer op je hoofd trachten te plaatsen.

Pijlen eindelijk op de juiste vijand gericht?

Maar het is niet allemaal kommer en kwel in het V-kamp. De laatste weken lijkt het er immers op dat de N-VA met haar aanval op het ACW (en dus ook de CD&V) eindelijk de juiste vijand gevonden heeft. Het is trouwens ook al weer een tijdje geleden dat Bart de Wever in een interview nog eens erkenning opeiste voor de manier waarop hij het Vlaams Belang heeft teruggedrongen. Zou het kunnen dat men bij de N-VA eindelijk begrepen heeft dat het voor haar veel belangrijker is kiezers weg te halen bij CD&V en Open Vld dan Vlaams Belang? Dat is immers de enige manier om in Vlaanderen echt incontournable te worden, want een uitwisseling van kiezers tussen N-VA en Vlaams Belang zet wat dat betreft echt geen zoden aan de dijk.

Meer zelfs, als de N-VA het Vlaams Belang zozeer uitzuigt dat voor die laatste partij de kiesdrempel in zicht begint te komen, dan kan ze een V-meerderheid in het Vlaams Parlement meteen vergeten. Een overdonderende veertig procent zal daar dan niet veel aan helpen. Zolang de traditionele partijen, al dan niet aangevuld met de nuttige idioten van Groen, in het Vlaams Parlement aan een voldoende comfortabele meerderheid geraken kan je er immers gif op innemen dat zowel Di Rupo II als Peeters III in een mum van tijd op de rails gezet zullen worden. Het is dan maar de vraag wat er in 2019 nog over zal schieten van die N-VA.

Dit artikel verscheen op 27 maart 2013 in 't Pallieterke.